donderdag 31 januari 2013

Mijn kokoskoekje


Heel lang geleden bakte ik in het weekend nog wel eens dit koekje. Ik heb namelijk een map waar ik mijn favoriete recepten in verzamelde (dat was nog allemaal in die tijd voordat ik blogde) en waarin ik sinds de jaren tachtig ieder dinertje in opschreef dat we thuis gaven. Dat doe ik overigens nog steeds. Het wordt ook steeds waardevoller. Het is bijzonder te lezen wie er allemaal in 1989 bij ons over de vloer kwam en wat we toen aten. Sommigen zijn er niet meer, anderen zijn uit ons leven verdwenen, maar ik kan nog steeds terug lezen wat we met elkaar op die avond aten. En dan komen de herinneringen weer…
Zo bladerde ik dus door mijn recepten en stuitte op dit kokoskoekje. Het is geen wonder van patisserie, het is super eenvoudig en heeft de smaak van vroeger voor mij. Eén hapje van dit zoete kokoskoekje met zijn knapperige randjes en ik ga glimlachen.
Misschien wil je ook eens iets voor bij de thee maken dat niet kan mislukken, misschien wel met kinderen of kleinkinderen. Wedden dat je op een bepaald moment glimlachend in de keuken staat?

Klop een eiwit met wat zout half stijf en voeg er dan 50 gram suiker aan toe. Klop nog even door tot het eiwit glanst en doe er dan 16 gram bloem door, en tenslotte 50 gram gedroogde kokos.
Werk het goed door elkaar en vorm er op silpat of bakpapier, kleine koekjes van die ongeveer een halve centimeter dik zijn. Ze zullen nog iets uitlopen tijdens het bakken.
Bak ze gedurende 12 minuten op 180 graden en laat ze op een rooster afkoelen.
;-))
De onderkant om te laten zien dat de koekjes niet massief zijn.

Ongebakken

Na 12 minuten

maandag 28 januari 2013

Runderstoofpot met rode wijn, uien en champignons


Gisteren gemaakt, en van genoten. 
Het was me niet gegeven in de afgelopen tijd te bloggen maar die tijd lijkt nu dan toch voorbij. Ik heb al weer aardig wat gerechtjes gemaakt en gefotografeerd en ik wilde graag met deze beginnen.
Ik had natuurlijk ook Boeuf a la bourguignonne hierboven kunnen zetten. Ik had zelfs kunnen vermelden dat dit recept van Elizabeth David is. Wie weet wat een wervende kracht die tekst gehad zou hebben, maar ik heb het ‘huiselijk’ gehouden. Een klassiek Frans gerecht dat al heel lang gemaakt wordt bij de mensen thuis. Natuurlijk, je kunt het ook best in een restaurant krijgen maar voor mijn gevoel is het meer een familierecept dat in het volk aardt, en niet in een hoge culinaire traditie. 

Ik nam:
  • Een klein kilo sucadevlees
  • Zout en peper
  • Een ui in ringen
  • Een bouquet garni (een zakje van Ducros in mijn geval)
  • 2 eetlepels olijfolie
  • Zo’n 2 dl rode wijn
  • 100 gram gerookte spekjes
  • Een netje kleine hele uitjes
  • Een flinke eetlepel bloem
  • 2 a 3 dl bouillon
  • 250 gram champignons
  • Ik had er nog een teentje knoflook bij moeten doen…

Allereerst heb ik het vlees in stukjes gesneden en samen met de wijn, olijfolie en de ui met wat peper en zout een paar uur laten marineren.
Toen heb ik in mijn stoofpan ( die ik ooit met het zweet op het hoofd door heel Amsterdam heb gezeuld) het spek zachtjes uitgebakken met de uitjes.
Mevrouw David had andere plannen. Volgens haar moest ik het vlees uit de marinade zeven en droog deppen zodat ik het in het spekvet zou kunnen aanbraden.
Maar… ik zag bloed. Ik pakte mijn vlees met marinade en kieperde dat pardoes bij het spek en de uitjes. Het gonsde door mijn hoofd. Ik had toch ooit bij Harold McGee gelezen dat het een fabeltje is dat je het vlees dichtschroeit? En moesten mijn uitjes niet de hele tijd mee sudderen zodat ze boterzacht zouden worden? 
Aldus gedaan, al moet ik zeggen dat ik wel eerst nog de bloem door het spek en de uitjes geroerd heb. Toen alles behalve de champignons in de pan gedaan, en het geheel heerlijk langzaam laten stoven.
Tijd voor een wandelingetje. De deur ging open en wat een geur hing er in huis, verrukkelijk! Ik proefde en genoot, wat hoopte ik dat het vlees goed mals zou worden.
Na een uurtje of twee ging het deksel van de pan en gingen de champignons erbij.
Ik maakte een aardappelpuree en we gingen aan tafel.
Fantastisch! Je zou het ook met een stuk brood kunnen eten natuurlijk maar midden in deze Hollandse winter paste de puree er perfect bij. Botermals vlees, smeltende uien en een verrukkelijk smakende jus. Het genot van een eerlijke stoofpot.
Oh ja, ik was misschien het teentje knoflook vergeten, maar ik heb er wel een lepeltje van Chef’s Demi-glace aan toegevoegd. Niet noodzakelijk maar het geeft net dat beetje extra aan smaak!
Related Posts with Thumbnails