maandag 30 juni 2008

Dessert kruimeltaartje met appels en amandelen



Zondag hebben we een winters nagerechtje gegeten. ’t Kan best, voordat de grote hitte gaat komen, vond ik. Bovendien zijn wij van die zoetekauwen die elk seizoen wel ruimte hebben voor dit soort toetjes. Ik heb het recept jaren geleden in het groot gemaakt uit een boek van Delia Smith. Zij serveert er nog schenkroom of custard bij maar dat heb ik deze keer maar weg gelaten. Bovendien is mijn versie gemaakt in kleine ramequins en dan is de saus wat moeilijk te combineren. Ik heb er ook wat rozijnen in gedaan omdat ik het een gemiste kans vind zo’n lekkere combinatie voorbij te laten gaan. Het levert een zacht zoete bodem op, bijzonder door dat vleugje kruidnagelpoeder, en een knapperige-krakerige bovenkant. Je zou natuurlijk ook mooie abrikozen of rabarber kunnen nemen als je daar zin in hebt.
Dit recept is voor twee personen. Aan de slag!

Ingrediënten

1 appel
Lichtbruine basterdsuiker
Kaneel
Kruidnagelpoeder

35 gram zelfrijzend bakmeel
15 gram boter
20 gram suiker
20 gram gemalen amandelen
Kaneel


Bereiding

Schil de appels en maak laagjes in de ramequins die je met de suiker, wat kaneel en heel weinig kruidnagelpoeder bestrooit. Ga niet door tot de bovenkant want er komt nog een laag kruimeldeeg op. Die maak je zo. Doe in een kom het bakmeel en de boter en maak er met behulp van een mes en een vork een kruimelig geheel van. Voeg dan de rest toe en doe dit op de appels. Druk goed aan met een lepel en maak tenslotte met de vork de bovenkant wat rul.
Ik heb mijn ramequins 30 minuten op 200 graden gebakken en ze waren uitstekend. Je kunt ze wat laten rusten voordat je ze serveert.

We aten er trouwens in bier gestoofde karbonades met gebakken aardappeltjes bij, en een salade van prinsessenbonen, tomaat, Mozarella met een eenvoudige dressing.
Best lekker!














Geen opmerkingen:

Related Posts with Thumbnails